Literatuur

- Laar, J.L.M. van de, "Rijmspreuk, op een Deventer balk gevonden". In: Deventer Jaarboek, 1996, blz. 22-30 (Tijdens het bouwhistorisch onderzoek van rijksmonument Brink 52-53/59 had de Rijksdienst voor de Monumentenzorg al gedeelten van 16e-eeuwse balkbeschilderingen gevonden op de balken van de vloer van de 2e verdieping. "Een van de balken was deels oker, deels rood overgeschilderd. Plotseling viel iets op aan de onderzijde van deze balk: het leek op afbladderende verf. De bladders bleken papieren letters te zijn, die deels los kwamen van de balk: een tekst in gotische letters van papier, aangebracht over de volle lengte van een ruim zes meter lange balk. [...] De vondst van een tekst in papieren letters op een moerbalk is enig in zijn soort. Plafondbehang met figuren en ornamenten was al wél bekend, bijvoorbeeld uit vondsten te Middelburg en Antwerpen. Ook kent men geschilderde of gesjabloneerde teksten en balkdecoraties. Een voorbeeld daarvan is een kinderbalkje uit dezelfde balklaag met een reeks 'Ave Maria's' in gotische letters. Dezelfde tekst komt voor op de rand van aardewerkschotels uit dezelfde tijd. Het gebruik van papier voor een tekst op een bouwonderdeel garandeert zo'n opschrift geen lang leven. Mochten er al meer van zulke teksten hebben bestaan, dan zijn de meeste hiervan beslist reeds lang verdwenen in meer dan vier eeuwen slopen en bouwen." Op grond van telmerken en sleutelstukken had de RdmZ het pand op begin 16e eeuw gedateerd, dendrochronologisch onderzoek van de met letters beplakte eiken balk gaf een kapdatum tussen 1461 en 1467 en Westfalen als herkomst. De balk werd uit het pand gehaald en onderzocht in de Lebuïnuskerk, waar W. Haakma Wagenaar bezig was met de restauratie van een muurschildering. o.a. Haakma Wagenaar onderzocht de tekst, het gaat om een bekende rijmspreuk. De letters bleken 16e-eeuws. Na het onderzoek is de balk overgebracht naar het Gemeentelijk (Oud) Archief, waar hij sinds 1994 op verzoek te bekijken is)